0. | Bestuur en ondersteuning |
---|
0.1 Bestuur - Accountantskosten De BBV schrijft voor dat de lasten van de jaarrekeningcontrole verantwoord moeten worden in het jaar waarin de werkzaamheden zijn uitgevoerd. De accountant heeft eind 2024 al een deel van de controle uitgevoerd in de vorm van de interimcontrole. Deze kosten verantwoorden we in 2024 en veroorzaken een nadeel van € 33.000. | -33.000 | N | I |
0.1 Bestuur - Diverse vergoedingen Voormalige wethouders hebben op basis van de Wet Appa (Algemene Pensioen- en uitkeringswet Politieke Ambtsdragers) recht op begeleiding bij re-integratie en outplacement. In combinatie met overige personeelslasten van het bestuur melden we een incidenteel nadeel van € 45.000. | -45.000 | N | I |
0.1 Bestuur - Interim griffier De interim griffier is voor een langere periode ingezet dan vooraf was ingeschat. Dit leidt tot hogere uitgaven van € 50.000. Daarnaast zijn er kosten gemaakt ( € 20.000) voor de werving en selectie van de nieuwe griffier. | -70.000 | N | I |
0.1 Bestuur - Pensioenvoorziening wethouders De toevoeging aan de voorziening is voor een groot deel te verklaren door actieve deelnemers, zowel wethouders als wachtgelders, die extra pensioen opbouwen per jaar. Daarnaast speelt het rekenrentepercentage een rol. Bij de berekening van het benodigd doelvermogen van de pensioenvoorziening hanteren we de rekenrente. Als gevolg van de daling van de rekenrente was een toevoeging van € 456.000 noodzakelijk. Dit in tegenstelling tot de begroting waarin geen rekening was gehouden met een storting. | -456.000 | N | I |
0.11 Resultaat van de rekening Het verschil tussen het begrote, negatieve resultaat na wijziging en het gerealiseerde resultaat komt binnen dit programma als een nadelig verschil naar voren. | -3.145.000 | N | I |
0.2 Burgerzaken - Paspoorten en rijbewijzen In 2024 is begroot op basis van het aantal verlopen documenten. Er zijn in 2024 minder documenten aangevraagd, zodat de afdrachten aan het Rijk € 55.000 lager waren dan begroot. | 55.000 | V | I |
0.2 Burgerzaken - Paspoorten en rijbewijzen In 2024 is begroot op basis van het aantal verlopen documenten. Er zijn minder documenten aangevraagd, zodat de baten € 120.000 minder zijn dan begroot. | -120.000 | N | I |
0.3 Beheer overige gebouwen en gronden - Gebouwen algemeen De kosten zijn in totaal € 135.000 lager dan begroot. Dit komt voornamelijk door lagere gaskosten. De eindafrekening over 2023 betreft een forse teruggaaf als gevolg van hoge energieprijzen in 2023, welke in 2024 is ontvangen, hetgeen een voordeel oplevert (€ 80.000). Ook de kosten van duurzame energie zijn lager (€ 20.000). Daarnaast lagere sloop- en verwijderingskosten (€ 39.000). Bij de lasten totaal een voordeel van € 135.000. | 135.000 | V | I |
0.3 Beheer overige gebouwen en gronden - Gebouwen algemeen De opbrengsten zijn in totaal € 34.000 lager dan begroot. Dit wordt veroorzaakt door een huurachterstand. Eind maart moet de huurder het pand verlaten. Bij de baten totaal een nadeel van € 34.000. | -34.000 | N | I |
0.4 Overhead - Abonnementen De kosten van abonnementen en digitale uitgaven, zoals online kennisbanken, zijn gestegen. Dit is gerelateerd aan diverse ontwikkelingen in de wet- en regelgeving in het juridische vakgebied en de complexe materie in de uitvoering van de Jeugdwet, wet Inburgering en WMO. | -58.000 | N | I |
0.4 Overhead - ARBO Het ARBO-budget is overschreden met € 55.000. Het ziekteverzuim is toegenomen van 6,04% in 2023 naar 7,88% in 2024. De kosten van preventie, re-integratie en diversie interventies zoals bedrijfszorg zijn gestegen. We zien een toename in de doorverwijzingen naar externe zorg voor vraagstukken op het gebied van stress, werkdruk en werk-privébalans. Door nog meer in te zetten op preventie en vitaliteit streven we er naar het ziekteverzuim en daarmee de kosten onder controle te houden. | -55.000 | N | I |
0.4 Overhead - Digitaliseren dienstverlening Voor 2024 was er een budget van € 188.000 beschikbaar voor het verder digitaliseren van de dienstverlening. Door uitstel van de invoeringsdatum van de Wet modernisering elektronisch bestuurlijk verkeer (Wmebv) naar 1 januari 2026 is een deel van dit budget niet gebruikt. De overige activiteiten hebben ook vertraging opgelopen, onder andere door organisatorische veranderingen en prioriteiten. Hiermee hebben we in het 4e kwartaal van 2024 alsnog een start gemaakt. Van het budget is € 150.000 nog niet gebruikt. Omdat begin 2025 een start is gemaakt met de voorbereiding van de Wmebv en ook de andere activiteiten in 2025 verder worden opgepakt, vragen wij dit budget bij de 1e VGR 2025 opnieuw aan. | 150.000 | V | I |
0.4 Overhead - Extern juridisch advies De hogere kosten hebben betrekking op langlopende grote dossiers. Vanwege de complexiteit van deze dossiers wordt er extern juridisch advies bij onze huisadvocaat in gewonnen. Met de kennis van de afgelopen jaren is het onzeker of het (verlaagde) budget vanaf 2025 voor juridisch advies toereikend zal zijn. | -75.000 | N | I |
0.4 Overhead - Gemeentehuis De kosten zijn in totaal € 29.000 hoger dan begroot. Dit heeft diverse oorzaken en wordt met name veroorzaakt door hogere kosten voor belastingen (€ 7.000), brand- en opstalverzekering (carillion) (€ 12.000), onderhouds- schoonmaakkosten (€ 10.000) als gevolg van prijsstijging. Bij de lasten totaal een nadeel van € 29.000. | -29.000 | N | I |
0.4 Overhead - I&A Bij de kosten van I&A is een voordeel zichtbaar van € 75.000. Dit houdt verband met lagere kosten bij de RID. Op onderhoud applicaties is een voordeel behaald door verbeterd contractmanagement en het opheffen van overbodige licenties. Hier ligt een verband met de uitvoering van de I&A visie en -strategie. Ook zijn vanwege capaciteitsgebrek bij de RID minder projecten uitgevoerd hetgeen tot lagere kapitaallasten heeft geleid. De doorontwikkeling van de ICT samenwerking is op basis van de ‘minimale variant’ in gang gezet, en mede door het gebrek aan personele capaciteit zijn de doelen voor 2024 deels behaald. De daaraan gelieerde kosten van onderhoud van software zijn daarmee ook lager. | 75.000 | V | I |
0.4 Overhead - Materieel openbare werken De kosten zijn in totaal € 41.000 lager dan begroot. Dit wordt enerzijds veroorzaakt door dubbele verzekering (€ 32.000 nadeel) vanwege overlap in de afstoot van oude voertuigen en aanschaf van nieuwe voertuigen. En anderzijds een lager verbruik van brandstof mede als gevolg van prijsdaling ten opzichte van 2023 (€ 73.000 voordeel). Bij de lasten totaal een voordeel van € 41.000. | 41.000 | V | I |
0.4 Overhead - Opleidingsbudgetten medewerkers De beschikbare opleidingsbudgetten voor onze medewerkers zijn meer dan 100% benut. Dit weerspiegelt een investering in een toekomstbestendige organisatie en de groei naar een aantrekkelijke werkgever. In totaal verantwoorden we meerkosten van € 90.000. Dit heeft in het bijzonder te maken met de instroom van nieuwe en jongere, onervaren medewerkers. Ook zijn opleidingen gedaan in het kader van de SKJ registratie (kwaliteitsregister Jeugd) . Daarnaast hebben medewerkers van burgerzaken wettelijk verplichte opleidingen gevolgd en zetten we in op opleidingstrajecten voor adviseurs in data- en informatiemanagement. Deze strategische keuzes ondersteunen zowel de vaktechnische als persoonlijke ontwikkeling van onze medewerkers, wat de kwaliteit van onze dienstverlening en de organisatie als geheel versterkt. | -90.000 | N | I |
0.4 Overhead - Organisatieontwikkeling In de meerjarenbegroting 2023-2026 heeft u budget van € 600.000 beschikbaar gesteld voor de organisatieontwikkeling. Daar bovenop is door de Provincie Gelderland een subsidie Vitaal Bestuur toegekend van € 120.000. Dit brengt het totale meerjarige budget op € 720.000. In 2024 zijn uitgaven gedaan met name voor de werving en selectie van de domein- en teammanagers. Eind 2024 is een bedrag van € 510.000 nog niet besteed, een voordeel in 2024. Dit is bedoeld voor de verdere doorontwikkeling in 2025 en 2026, onder meer voor de detaillering van structuren en processen. Wij vragen daarom het bedrag bij de 1e voortgangsrapportage 2025 opnieuw aan. | 510.000 | V | I |
0.4 Overhead - Personeelslasten en inhuur Op dit programma is ten opzichte van de bijgeraamde begroting een voordeel ontstaan van € 195.000. Het saldo van de personeelslasten en inhuurbudgetten betreft alle afdelingen van de ambtelijke organisatie, inclusief inhuur wegens ziekte. De totale analyse van personeelslasten en inhuur vindt u bij de analyse van de personeelslasten in het onderdeel Financiën. | 195.000 | V | I |
0.4 Overhead - Rechtmatigheidsverantwoording Vanaf het verslagjaar 2023 zijn gemeenten verantwoordelijk voor het opstellen van de rechtmatigheidsverantwoording. Doordat het wetgevingstraject lange tijd onduidelijk was en wij de meeste voorbereidende werkzaamheden zelf hebben kunnen uitvoeren is dit budget in 2024 niet nodig geweest. In 2024 hebben wij de eerste verantwoording opgesteld en in de managementletter heeft de accountant zijn belangrijkste aanbevelingen opgenomen. In 2025 zetten wij de nog niet bestede middelen in om met de ervaringen en aanbevelingen aan de slag te gaan. | 100.000 | V | I |
0.4 Overhead - Voorzieningen voor personeel Medewerkers kunnen vanaf 2024 deelnemen aan de regeling vervroegde uitkering (RVU). Het afgelopen jaar hebben we met enkele medewerkers een RVU-overeenkomst afgesloten. Hiertoe is € 140.000 in de voorziening RVU gestort. Op basis van het door medewerkers opgebouwde saldo van verlofsparen is € 90.000 aan de voorziening toegevoegd. Dit betreft de bovenwettelijke verlofuren. Op een later moment kan het verlofspaarsaldo door de medewerker worden opgenomen waarna de voorziening wordt aangesproken. De stortingen in de voorziening leiden in 2024 tot een nadeel in de exploitatie van € 230.000. Indien de kosten zich in de komende jaren voordoen, gaan deze ten laste van de voorziening en hebben we hiervoor geen afzonderlijke dekking meer nodig. | -230.000 | N | I |
0.4 Overhead - Materieel openbare werken Dit betreft de incidentele opbrengst van diverse afgeschreven voertuigen en materieel welke niet begroot zijn. | 50.000 | V | I |
0.5 Treasury Door wisselende marktrenten en financieringsbehoeften die continu wijzigen is het lastig om een inschatting te maken voor de rentelasten. In 2024 is de verschuldigde rente op leningen hoger uitgevallen dan verwacht. Ook is er minder rente ontvangen op uitstaande gelden bij het schatkistbankieren. Hierdoor verantwoorden we een nadeel van € 174.000. | -174.000 | N | I |
0.5 Treasury - dividend We hebben in 2024 het restant van de dividenduitkering 2022 ontvangen van Ataro B.V.. Hierdoor melden we een voordeel van € 40.000. | 40.000 | V | I |
0.61 OZB-woningen - Bezwaar en beroep Op grond van de Wet Waardering Onroerende Zaken bepaalt de gemeente de waarde van woningen en bedrijfspanden. Het hogere aantal beroepschriften leidde tot hogere proceskostenvergoedingen aan de belastingplichtingen. De gemeente betaalt de proceskosten indien het bezaar of beroep gegrond is. | -45.000 | N | I |
0.61 OZB-woningen - Belasting op eigendom woningen Over het jaar 2024 verklaren we een meeropbrengst OZB woningen van € 36.000. Dit komt doordat een iets lagere WOZ-waardeontwikkeling is ingeschat dan achteraf is gebleken. | 36.000 | V | I |
0.62 OZB niet-woningen - Belasting op eigendom en gebruik bedrijven In 2024 verantwoorden wij ten opzichte van de bijgestelde begroting een meeropbrengst OZB niet-woningen van € 94.000. Dit komt met name omdat de actuele data een hogere totale WOZ-waarde van niet-woningen laat zien. Het gaat hierbij om 1,6% van de geraamde opbrengst. | 94.000 | V | I |
0.63 Parkeerbelasting - Opbrengsten parkeren De opbrengsten van parkeren zijn in totaal € 51.000 lager dan begroot. Het onderdeel parkeergelden (straatparkeren) is € 41.000 lager dan begroot. Dit komt voornamelijk doordat de invoering van het 2e uur gratis parkeren in combinatie met de verhoging van het tarief met € 0,10 per uur vanaf juni 2024 heeft geleid tot een lagere opbrengst parkeergelden in plaats van de verwachte geringe meeropbrengst. Ook het afsluiten van de parkeerplaats aan de Didamsestraat gedurende enkele maanden heeft tot lagere opbrengsten parkeergelden geleid. Samen met een lagere opbrengst parkeervergunningen (€ 37.000) en een hogere opbrengst parkeerboetes (€ 27.000) leveren de parkeeropbrengsten een nadeel op van € 51.000. | -51.000 | N | I |
0.7 Algemene uitkering - September- en decembercirculaire In de begroting zijn de ontvangsten tot en met de meicirculaire 2024 verwerkt. In deze jaarrekening verantwoorden wij de mutaties uit de september- en decembercirculaire. Over beide circulaires hebben wij u met een raadsinformatiebrief geïnformeerd. Hieronder geven wij daar een samenvatting van. In de september- en decembercirculaire is in totaal € 138.000 minder aan algemene uitkering ontvangen. Hieronder de specificatie: € 391.000 taakmutaties -/- € 229.000 hoeveelheidsverschillen (lagere aantallen maatstaven) -/- € 239.000 voorschot BTW-compensatiefonds onder het plafond -/- € 61.000 afrekeningen voorgaande jaren. Totaal -/- € 138.000 Hieronder volgt nog een uitsplitsing van de taakmutaties: € 69.000 energietoeslag € 57.000 alleenverdienersproblematiek € 69.000 compensatie jeugdzorg € 58.000 meerkosten Oekraïne sociaal domein € 138.000 overige kleinere taakmutaties Totaal € 391.000 | -138.000 | N | I |
0.8 Overige baten en lasten - Afdracht Belastingdienst De BTW-suppletieaangiften 2023 en de eindafrekening van de loonheffing (Werkkostenregeling) 2023 resulteren in een nadeel van € 199.000. | -199.000 | N | I |
0.8 Overige baten en lasten - Impulsgelden klimaatadaptie Betreft specifieke uitkering tijdelijke impulsregeling klimaatadaptatie 2021-2027, Werkregio de Liemers. De specifieke uitkering is door het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat beschikbaar gesteld. Hiermee wordt een bijdrage geleverd aan het voorkomen of beperken van wateroverlast of het beperken van de gevolgen van droogte in de werkregio. Dit betreft de betaling van het aandeel van Duiven en Westervoort door Zevenaar. Per saldo zijn de baten en lasten in de jaarrekening budgettair neutraal. Bij de lasten een nadeel van € 93.000. | -93.000 | N | I |
0.8 Overige baten en lasten - Impulsgelden klimaatadaptie Betreft specifieke uitkering tijdelijke impulsregeling klimaatadaptatie 2021-2027, Werkregio de Liemers. De specifieke uitkering is door het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat beschikbaar gesteld. Hiermee wordt een bijdrage geleverd aan het voorkomen of beperken van wateroverlast of het beperken van de gevolgen van droogte in de werkregio. Dit betreft de ontvangst van het aandeel van Duiven en Westervoort dat door Zevenaar is ontvangen. Per saldo zijn de baten en lasten in de jaarrekening budgettair neutraal. Bij de baten een voordeel van € 93.000. | 93.000 | V | I |
0.8 Overige baten en lasten - Onvoorziene uitgaven De post voor onvoorzien is niet ingezet. Dit resulteert in een voordeel van € 25.000. | 25.000 | V | I |
0.9 Vennootschapsbelasting - Eerdere jaren was er geen sprake van belaste prestaties voor de vennootschapsbelasting binnen onze gemeente. Uit recent onderzoek door een adviesbureau is gebleken dat er over 2024 wel een belastbaar resultaat verwacht wordt in verband met nieuwe grondexploitaties. Dit geeft een nadeel van € 146.000. | -146.000 | N | I |
0.10 Onttrekkingen reserves - Algemene reserve Van een aantal voorgenomen onttrekkingen ter dekking van lasten, zijn de lasten vervallen of doorgeschoven naar volgend jaar. Dit resulteert in een lagere onttrekking van de algemene reserve en dus een nadeel van in totaal € 50.000. | -50.000 | N | I |
0.10 Onttrekkingen reserves - Invoering Omgevingswet De kosten voor de invoering van de Omgevingswet zijn toegelicht onder taakveld 8.1. De totale raming bedroeg € 505.000. Een bedrag van € 291.000 is onttrokken aan de algemene reserve. Een nadeel bij de onttrekkingen van € 214.000. | -214.000 | N | I |
Programma 0 Bestuur en ondersteuning - Overige verschillen Naast de omschreven afwijkingen per taakveld zijn er diverse kleine verschillen (< € 25.000) die wij niet verder toelichten. | -53.000 | N | I |
1. | Veiligheid |
---|
1.1 Crisisbeheersing en brandweer - bijdrage aan VGGM VGGM sluit het jaar met een positief saldo af. De moeizame invulling van vacatures bij de GGD en vertraging in de levering van nieuw materieel resulteert bij VGGM in een overschot. Voor de gemeente Zevenaar leidt dit op het taakveld brandweer tot een teruggaaf van € 75.000. | 75.000 | V | I |
1.2 Openbare orde en veiligheid - Handhaving Rhederlaagse Meren Om het project Rhederlaagse Meren goed uit te kunnen voeren heeft u in 2024 € 50.000 beschikbaar gesteld voor extra capaciteit voor projectleiding vanuit OOV. Als gevolg van de juridische procesures is de inzet beperkt gebleven en deze hebben we intern opgevangen. We verklaren nu een voordeel van € 50.000. | 50.000 | V | I |
1.2 Openbare orde en veiligheid - Integraal veiligheidsbeleid Als gevolg van de drugsdumping in Giesbeek afgelopen zomer hebben we kosten gemaakt voor het opruimen van het drugsafval en het saneren van de grond. De kosten zijn voor de helft gedekt uit de ontvangen subsidie "regeling opruiming drugsafval" van de provincie. Voor de gemeente resteert per saldo een nadeel van € 20.000. | -20.000 | N | I |
1.2 Openbare orde en veiligheid - Opstellen en handhaven APV - voordeel € 24.000 De pilot jeugdboa is uitgevoerd in 2024. Begin 2024 waren er geen jeugdboa’s beschikbaar daarom is de pilot aan het einde van het jaar uitgevoerd en voor een kortere periode waardoor de realisatie lager is uitgevallen. Daarnaast is nog een aantal kleinere afwijkingen. In totaal een voordeel van € 24.000. | 24.000 | V | I |
Programma 1 Veiligheid - Overige verschillen Naast de omschreven afwijkingen per taakveld zijn er diverse kleine verschillen (< € 25.000) die wij niet verder toelichten. | 4.000 | V | I |
2. | Verkeer, vervoer en waterstaat |
---|
2.1 Verkeer en vervoer - Verkeersbeleid - Voor het opstellen van de mobiliteitsvisie is voor 2024 € 38.000 beschikbaar gesteld. De werkelijke lasten bedroegen € 53.000. Een overschrijding van € 15.000. De verklaring hiervoor is dat de kosten van een enquête in het centrum en het uitwerken van ontwerpen voor het centrum niet opgenomen waren in het begrote budget. - Daarnaast zijn in 2024 inhuurkosten voor het opstellen van de mobiliteitsvisie en kleding voor de chauffeurs van de buurtbus ten laste van de subsidie sterk bestuur - verbeteren openbaar vervoer/vervoer op maat gebracht. Dit bedrag wordt volledig gedekt uit een provinciale subsidie. Bij de lasten een nadeel van € 44.000 (zie ook bij baten). - Om toenemende meldingen over verkeer binnen een redelijke termijn af te doen is extra hulp ingeschakeld. Hierdoor konden de situaties zorgvuldig worden geïnventariseerd, beoordeeld en van advies worden voorzien. De inzet van extra capaciteit heeft geleid tot € 13.000 aan hogere kosten dan oorspronkelijk voorzien. Tenslotte is op een aantal onderdelen een voordeel op de lasten gerealiseerd van € 5.000. In totaal een nadeel in 2024 van € 67.000. | -67.000 | N | I |
2.1 Verkeer en vervoer - Verkeersbeleid De activiteiten voor het project 'verbeteren openbaar vervoer/vervoer op maat' worden gedekt uit een subsidie. Per saldo zijn de baten en lasten voor dit onderdeel in de jaarrekening budgettair neutraal. Bij de baten een voordeel van € 44.000. | 44.000 | V | I |
2.1 Verkeer en vervoer - Gladheidsbestrijding - Vanwege gladheid is meer ingehuurd dan voorzien (€ 16.000). - Er zijn in totaal 4 voertuigen omgebouwd van handmatig strooien naar automatisch strooien op basis van GPS. Dit maakt het aantal handelingen voor de medewerkers minder. Het wordt voor meer mensen mogelijk om de werkzaamheden uit te voeren en het komt de efficiëntie ten goede (€ 28.000). - Daarnaast licentiekosten voor gladheidsbestrijding (€ 18.000). Bij de lasten totaal een nadeel van € 62.000. | -62.000 | N | I |
2.1 Verkeer en vervoer - Openbare verlichting In 2024 is het budget voor electriciteit verlaagd mede op basis van het voorschot. Bij de eindafrekening blijkt dat er moet worden bijbetaald (€ 47.000). Daarnaast zijn er meer storingen geweest (€ 12.000). Bij de lasten totaal een nadeel van € 59.000. | -59.000 | N | I |
2.1 Verkeer en vervoer - Wegen De gemeente krijgt een vergoeding van nutsbedrijven wanneer er ten behoeve van nieuwe aanleg of schades van nutsbedrijven wegen of trottoirs aangetast worden. Ook krijgen we een vergoeding voor de aanleg van nieuwe inritten. Deze ontvangsten voegen we aan de voorziening wegen toe, zodat we hier in de toekomst groot onderhoud aan diezelfde verhardingen voor kunnen plegen. Deze vergoeding is € 165.000 hoger dan begroot. Per saldo zijn de baten en lasten in de jaarrekening budgettair neutraal. Bij de baten een voordeel van € 165.000. | 165.000 | V | I |
2.1 Verkeer en vervoer - Wegen De gemeente krijgt een vergoeding van nutsbedrijven wanneer er ten behoeve van nieuwe aanleg of schades van nutsbedrijven wegen of trottoirs aangetast worden. Ook krijgen we een vergoeding voor de aanleg van nieuwe inritten. Deze ontvangsten voegen we aan de voorziening wegen toe, zodat we hier in de toekomst groot onderhoud aan diezelfde verhardingen voor kunnen plegen. Deze vergoeding is € 165.000 hoger dan begroot. Per saldo zijn de baten en lasten in de jaarrekening budgettair neutraal. Bij de lasten een nadeel van € 165.000. | -165.000 | N | I |
2.1 Verkeer en vervoer - Wegen De kosten op materiaal / levering diensten zijn mede als gevolg van prijsstijgingen hoger dan begroot (nadeel € 34.000), daarnaast is de doorbelasting vanuit andere afdelingen hoger per saldo (nadeel € 21.000). De rentekosten zijn lager in verband met het doorschuiven van een aantal investeringen waardoor de afschrijving later start dan gepland (voordeel € 27.000). | -28.000 | N | I |
Programma 2 Verkeer, vervoer en waterstaat - Overige verschillen Naast de omschreven afwijkingen per taakveld zijn er diverse kleine verschillen (< € 25.000) die wij niet verder toelichten. | 57.000 | V | I |
3. | Economie |
---|
3.1 Economisch ontwikkeling - Economische zaken In de 1e VGR 2024 is € 35.000 beschikbaar gesteld voor het vervolg project compact maken centrum Zevenaar. Echter voor dit project is co-financiering van de provincie vereist. Deze subsidie is pas eind 2024 beschikt waardoor het project in 2024 niet heeft kunnen starten. Het gemeentelijke budget vragen wij opnieuw aan in de 1e VGR 2025 om dit in te kunnen zetten als co-financiering. Een voordeel in 2024 van € 35.000. | 35.000 | V | I |
3.2 Fysieke bedrijfsinfrastructuur - Grondexploitatie Zevenaar-Oost Bedrijven Ten behoeve van de jaarlijkse herziening van de grondexploitatie heeft een integrale doorrekening plaatsgevonden. Een en ander op basis van actuele marktontwikkelingen en een notitie parameters welke is vastgesteld op 11 maart 2025. Deze jaarlijkse herziening is vervat in de uitvoeringsrapportage grondexploitatie 2024. In deze uitvoeringsrapportage is het verwachte resultaat voor Zevenaar-Oost Bedrijven becijferd op € 12.689.924 op basis van netto contante waarde (NCW) per 1 januari 2025. Ten opzichte van vorig jaar is dit een verslechtering van € 2.077.000 NCW. Voor deze verslechtering kunnen de volgende oorzaken worden aangewezen: 1. De bijstelling van de grondopbrengsten in de grondexploitatie, op basis van een marktonderzoek naar grondprijzen van bedrijfskavels, bedraagt € 3.516.000 positief. 2. De rente-effecten op de diverse deelgrondexploitaties binnen deze grondexploitatie bedragen € 238.000 voordelig. De hogere rentevoet (1,468% in 2025, 2,074% in 2026, 1,234% in 2027 en 2,033% in 2028 e.v. in plaats van 1,177% over alle boekjaren) heeft voor deze winstgevende grondexploitatie een voordelig effect. Vertraging in de gronduitgifte, met name de FOZ, levert ook een rentevoordeel op vanwege stijgende grondprijzen voor bedrijfskavels. Dit wordt afgezwakt door het feit dat de verplichte discontovoet van 2% (waarmee het resultaat contant wordt gemaakt) in fluctuerende mate afwijkt van de rekenrente. 3. Er heeft een prijspeilcorrectie plaatsgevonden om de budgetten te actualiseren op het huidige prijsniveau. Dit levert een nadeel op van € 5.081.000. 4. De percentages voor kosten- en opbrengstenstijging zijn geactualiseerd op basis van de uitgangspunten herziening grondexploitaties 1-1-2025. Een hoger percentage kostenstijging en een hogere percentage opbrengstenstijging leiden tot een negatief effect van € 334.000 wegens sterkere kostenstijging. 5. De vertraging rond het Tracébesluit Via15 heeft evenals vorig jaar gezorgd voor een vertraging. Deze vertraging in de uitgifte heeft effect op de VTU- en plankosten. Dit heeft een nadelig effect van € 600.000. 6. Het budget voor beheerskosten/WOZ heffingen moest worden bijgesteld. De gronden blijven door vertraging in de uitgifte langer gemeentelijk eigendom, wat zorgt voor een hogere interne doorbelasting van onder meer WOZ-heffingen. Het nadelige gevolg hiervan is € 81.000. 7. Het budget voor civieltechnische werken levert per saldo een voordeel op van € 263.000. Dit wordt veroorzaakt door verschuivingen van budget van bouw- naar woonrijp maken, met daarbij een andere fasering. 8. De overige niet nader verklaarde verschillen bedragen per saldo voordelig € 2.000. Dit komt door afrondingen op verschillende deelgrondexploitaties. | -2.077.000 | N | I |
Programma 3 Economie - Overige verschillen Naast de omschreven afwijkingen per taakveld zijn er diverse kleine verschillen (< € 25.000) die wij niet verder toelichten. | -18.000 | N | I |
4. | Onderwijs |
---|
4.2 Onderwijshuisvesting - Onderwijshuisvesting (Integraal Huisvestingsplan (IHP)) In 2024 is incidenteel voor het actualiseren van het IHP 2025-2050 een budget beschikbaar gesteld van € 101.000. De middelen zijn nog niet volledig ingezet in 2024 (voordeel € 25.000) en het proces ronden wij in 2025 af. Omdat het proces over meerdere jaren loopt, is in de 1e voortgangsrapportage 2025 een voorstel opgenomen om het nog resterende incidentele budget weer beschikbaar te stellen. | 25.000 | V | I |
4.3 Onderwijsbeleid en leerlingenzaken - Leerlingenvervoer Het leerlingenvervoer laat ten opzichte van het totaal begrote bedrag (€ 1.036.000) een voordeel zien van € 104.000. De uitvoering van het geactualiseerd beleid en de doorgevoerde verbeteringen vanuit het verbeterplan doelgroepenvervoer hebben geleid tot minder uitgaven voor zowel het leerlingenvervoer via de BVO DRAN als het vervoer in natura. Daarnaast zijn nog geen kosten gemaakt voor maatregelen om zelfstandig reizen te bevorderen en/of meer gebruik te (kunnen) maken van het openbaar vervoer. | 104.000 | V | I |
4.3 Onderwijsbeleid en leerlingenzaken - Peuteropvang Een deel van de verleende subsidies aan de diverse organisatie voor peuteropvang is bekostigd vanuit de middelen van de specifieke uitkering van het Rijk voor het onderwijsachterstandenbeleid (OAB). Het voordeel bedraagt € 40.000. | 40.000 | V | I |
4.3 Onderwijsbeleid en leerlingenzaken - Onderwijsachterstandenbeleid (OAB) De definitief vastgestelde specifieke uitkering van het rijk voor het onderwijsachterstandenbeleid (OAB) voor 2024 is hoger ten opzichte van de geraamde voorlopige bijdrage. Tegenover de hogere lasten (nadeel € 88.000) staan voor hetzelfde bedrag hogere baten. | -88.000 | N | I |
4.3 Onderwijsbeleid en leerlingenzaken - Onderwijsachterstandenbeleid (OAB) De definitief vastgestelde specifieke uitkering van het rijk voor het OAB voor 2024 is hoger (voordeel € 88.000). Tegenover de hogere baten staan voor hetzelfde bedrag hogere lasten. | 88.000 | V | I |
0.10 Onttrekkingen reserves - Afschrijvingslasten onderwijshuisvesting De afschrijvingslasten zijn doorgeschoven vanwege uitstel en nog lopende investeringen die niet zijn afgerond. Hierdoor is de geraamde dekking uit de reserve lager (nadeel € 55.000). | -55.000 | N | I |
Programma 4 Onderwijs - Overige verschillen Naast de omschreven afwijkingen per taakveld zijn er diverse kleine verschillen (< € 25.000) die wij verder niet toelichten. | 26.000 | V | I |
5. | Sport, cultuur en recreatie |
---|
5.1 Sportbeleid en activering - Sportbeoefening en -bevordering (SPUK Breed) De kostprijs voor het uitvoeren van de brede regeling combinatiefuncties (BRC) -onderdeel van de specifieke uitkering 'versterking voor sport en bewegen, gezondheidsbevordering, cultuurparticipatie en de sociale basis 2023-2026' (zgn. SPUK Breed)- is hoger dan de bedragen die beschikbaar zijn binnen de specifieke uitkering en het daarvoor beschikbare gemeentelijk budget. In afstemming met de aandeelhouder en Ataro B.V. is besloten de hogere kosten te dragen (per saldo baten/lasten een nadeel van € 19.000). In 2025 is een voorstel in de 1e voortgangsrapportage opgenomen voor verhoging van de bijdrage BRC. In de Kadernota 2026-2029 volgt het voorstel om de structurele verhoging in de begroting op te gaan nemen. Het nadeel in 2024 als gevolg van hogere lasten bedraagt € 385.000. Tegenover het nadeel staat een voordeel (€ 366.000) onder baten van de specifieke uitkering BRC. | -385.000 | N | I |
5.1 Sportbeleid en activering - Sportbeoefening en -bevordering (SPUK Breed) De specifieke uitkering 'versterking voor sport en bewegen, gezondheidsbevordering, cultuurparticipatie en de sociale basis 2023-2026' (zgn. SPUK Breed) van het Rijk bedraagt ruim € 912.000 en is verdeeld over 15 onderdelen en diverse taakvelden binnen programma's 5, 6 en 7 (Sport, cultuur en recreatie/Sociaal domein/Volksgezondheid en milieu). De totale werkelijke lasten voor dit onderdeel/taakveld zijn aan het eind van het jaar bekend en bedragen € 385.000. Tegenover de werkelijke lasten wordt het daarvoor beschikbare deel van de SPUK Breed ingezet als dekking (Voordeel € 366.000 / zie ook toelichting nadeel onder lasten bij dit taakveld). | 366.000 | V | I |
5.2 Sportaccommodaties - Sportbedrijf Het tekort is veroorzaakt door een onvoorzien hoge indexatie (gebaseerd op prijsindex van de Cao VERMO en prijsindex verhuur exploitatie onroerend goed) van de vergoeding vastgelegd in de dienstverleningsovereenkomst (DVO - beheer en exploitatie) tussen gemeente en het sportbedrijf. | -214.000 | N | I |
5.2 Sportaccomodaties - Sportterreinen De lasten zijn in totaal € 33.000 hoger. Dit enerzijds in verband met de BTW component op de groenwerkzaamheden welke betrekking hebben de sportvelden (€ 22.000) en anderzijds de hogere Onroerende zaak belasting sporttereinen (€ 11.000). Bij de lasten een nadeel van € 33.000. | -33.000 | N | S |
5.2 Sportaccomodaties - Sportbedrijf gebouwen De lasten zijn in totaal € 257.000 hoger. Dit heeft een drietal oorzaken. - Een correctie in verband met het BTW compensatie fonds (BCF). Uit de BTW controle is gebleken dat onterecht BTW is gecompenseerd. De BTW wordt voortaan kostprijsverhogend geboekt en heeft dus een structureel karakter structureel (€ 112.000). - Een ‘naheffing’ van Ataro voor de elektriciteitskosten van het Lentebad. Doordat DVEP (de leverancier van elektriciteit van Ataro) failliet is gegaan in 2022, komen nu pas de laatste rekeningen van de curator binnen (€ 125.000). - Terugbetaling aan Ataro BV naar aanleiding van de dienstverleningsovereenkomst kwartaal 1 2024 en afrekening 2022 (€ 20.000). Bij de lasten een nadeel van € 257.000. | -257.000 | N | S |
5.3 Cultuurpresentatie, cultuurproductie en cultuurparticipatie - Kulturhus De Brede Blik De opbrengsten zijn in totaal € 55.000 hoger dan begroot. Dit wordt veroorzaakt doordat de eindafrekening 2023 van gas- en electriciteitskosten, ontvangen in Q2 2024, fors hoger is door de hoge prijzen in 2023. De begroting is hier niet op aangepast. Bij de baten totaal een voordeel van € 55.000. | 55.000 | V | I |
5.7 Openbaar groen en (openlucht) recreatie - Recreatie en toerisme In de meerjarenbegroting 2023-2026 heeft de raad ermee ingestemd om het totale bedrag dat wordt ontvangen voor toeristenbelasting, in te zetten voor het uitvoeren van het beleidskader vrijetijdseconomie. Begin 2023 zijn wij gestart met het invullen van de uitgebreidere uitvoeringsagenda. Echter in 2024 liepen enkele projecten vertraging op door gebrek aan capaciteit. Ook is in een aantal gevallen een ander budget gevonden of vielen onderdelen goedkoper uit. In totaal een voordeel bij de lasten € 31.000. | 31.000 | V | I |
5.7 Openbaar groen en (openlucht) recreatie - Openbaar groen Binnen openbaar groen is in 2024 een nadeel ontstaan van totaal € 76.000. Dit heeft diverse oorzaken. Een nadeel op de groenbestekken (€ 47.000) in verband met een hogere prijsindex, een nadeel op interne doorbelastingen van kosten van materieel (€ 35.000), hogere kosten in verband met schademeldingen (€ 17.000), Lagere provinciale subsidie klompenpaden vanuit Stichting Landschapsbeheer Gelderland en incidentele kosten voetveer Aerdt (€ 14.000), hogere kosten als gevolg van het acceptabel houden van de beeldkwaliteit. Hierdoor was meer inzet nodig als gevolg van het groeizame seizoen (warm, vochtig en nat) (€ 14.000) en hogere belastingen (€ 9.000). Een voordeel op onderhoud bomen (€ 23.000). De boomveiligheidscontrole en snoeiopname hebben meer tijd gevergd dan gepland. Tenslotte is er een voordeel ontstaan door het niet volledig benutten van het budget voor het inhalen van de werkzaamheden inzake onderhoudsachterstand (€ 37.000). Deze lasten zijn, zoals u kunt zien bij de toelichting op de onttrekkingen reserves, lager uitgevallen. Bij de lasten een nadeel van € 76.000. | -76.000 | N | I |
0.10 Onttrekkingen reserves - Onderhoudsachterstand groen In 2022 zijn wij gestart met het inhalen van de onderhoudsachterstand. Wij hebben van de geraamde € 250.000 voor 85% besteed. Dit middels voorbereidingskosten en uitvoering centrum en de Methen en voorbereidingskosten Lentemorgen I en II, De Horst, Tolkamer en Baberich. Het restant van 2024 € 37.000 is niet besteed en wordt in 2025 besteed. Bij de onttrekking reserve een nadeel van € 37.000. | -37.000 | N | I |
0.10 Onttrekkingen reserves - reserve kapitaallasten In de begroting is rekening gehouden met de onttrekking aan de reserve kapitaallasten voor de led verlichting sportaccommodaties. De afronding en verantwoording is doorgeschoven naar 2025. Hierdoor heeft geen onttrekking plaatsgevonden. Het nadeel bedraagt € 51.000. | -51.000 | N | I |
Programma 5 Sport, cultuur en recreatie - Overige verschillen Naast de omschreven afwijkingen per taakveld zijn er diverse kleine verschillen (< € 25.000) die wij verder niet toelichten. | -33.000 | N | I |
6. | Sociaal domein |
---|
6.1 Samenkracht en burgerparticipatie - OV-ambassadeurs Wij hebben de ontvangen Rijkssubsidie van € 25.000 verstrekt aan MEE Samen voor uitvoering van het project OV-ambassadeurs. | -25.000 | N | I |
6.1 Samenkracht en burgerparticipatie - Subsidie OV-ambassadeurs In 2024 hebben wij € 25.000 subsidie van het Rijk ontvangen voor het project OV ambassadeurs, een onderdeel van het verbeterplan doelgroepenvervoer. | 25.000 | V | I |
6.1 Samenkracht en burgerparticipatie - Kinderopvang In 2024 zijn alle locaties (kinderdagopvang, gastouderbureaus en buitenschoolse opvang) geïnspecteerd en is 50% van de gastouders geïnspecteerd. We voldoen hiermee aan de Wet kinderopvang. In 2024 zijn er minder nieuwe locaties bij gekomen en was inspecteren hiervoor dus niet nodig. Tevens zijn er minder handhavingsrapporten binnen gekomen, waardoor we minder inspecties na handhaving hebben moeten inplannen. Het voordeel bedraagt € 28.000. | 28.000 | V | I |
6.1 Samenkracht en burgerparticipatie - Burgerinitiatieven en vrijwilligerswerk Er is minder uitgegeven en aangevraagd voor incidentele en structurele subsidies voor de AED's (voordeel 14.000). Dit heeft er mede mee te maken dat er nog een vlekkenplan moet worden opgeleverd. Mocht bij het opstellen van het vlekkenplan in 2025 nog extra budget nodig zijn nemen we dit op in de voortgangsrapportage. Daarnaast is in 2024 geen gebruik gemaakt van de incidentele middelen (voordeel € 100.000) voor ondersteuning bij het uitwerken van twee dorpsplannen. Dorpsraden waren in 2024 nog niet zover. Deze middelen zijn voor de jaren 2024 en 2025 beschikbaar gesteld (jaarlijks € 100.000 voor uitwerken van vier dorpsplannen). In 2025 worden naar verwachting twee dorpsplannen uitgewerkt, evenals in 2026. We verwachten de incidentele middelen in de komende jaren alsnog in te zetten. Voor 2025 zijn al incidentele middelen voor de ondersteuning van de uitwerking van twee dorpsplannen beschikbaar. Voor 2026 worden de, in 2024 niet ingezette, middelen opgenomen in de nog op te stellen Kadernota 2026-2029. | 114.000 | V | I |
6.1 Samenkracht en burgerparticipatie - Maatschappelijke ondersteuning algemeen Het voordeel is veroorzaakt door de definitieve vaststelling van de subsidie over het jaar 2023 aan Caleidoz. Op basis van de verantwoording in 2024 is de definitieve subsidie lager vastgesteld (voordeel € 161.000). | 161.000 | V | I |
6.1 Samenkracht en burgerparticipatie - Mantelzorg Doordat er sprake is van ingroei in het aanvragen in 2023 van mantelzorgwaarderingen door inwoners, is niet het volledig beschikbare budget ingezet (voordeel € 40.000). In 2024 is, o.b.v. de verantwoorde subsidie, bij de definitieve vaststelling van de subsidie over 2023 rekening gehouden met dit voordeel. | 40.000 | V | I |
6.1 Samenkracht en burgerparticipatie - Maatschappelijke ondersteuning algemeen / Preventie (SPUK Breed) De specifieke uitkering 'versterking voor sport en bewegen, gezondheidsbevordering, cultuurparticipatie en de sociale basis 2023-2026' (zgn. SPUK Breed) bedraagt ruim € 912.000 en is verdeeld over 15 onderdelen en diverse taakvelden binnen programma's 5, 6 en 7 (Sport, cultuur en recreatie/Sociaal domein/Volksgezondheid en milieu). De totale werkelijke lasten voor de onderdelen/taakveld binnen dit programma zijn aan het eind van het jaar bekend en bedragen afgerond € 196.000 (nadeel). Tegenover de werkelijke lasten wordt het daarvoor beschikbare deel van de SPUK Breed ingezet als dekking (zie ook toelichting voordeel onder baten bij dit taakveld). | -196.000 | N | I |
6.1 Samenkracht en burgerparticipatie - Maatschappelijke ondersteuning algemeen / Preventie (SPUK Breed) De specifieke uitkering 'versterking voor sport en bewegen, gezondheidsbevordering, cultuurparticipatie en de sociale basis 2023-2026' (zgn. SPUK Breed) van het Rijk bedraagt ruim € 912.000 en is verdeeld over 15 onderdelen en diverse taakvelden binnen programma's 5, 6 en 7 (Sport, cultuur en recreatie/Sociaal domein/Volksgezondheid en milieu). De totale werkelijke lasten voor de onderdelen/taakveld binnen dit programma zijn aan het eind van het jaar bekend en bedragen € 196.000. Tegenover de werkelijke lasten wordt het daarvoor beschikbare deel van de SPUK Breed ingezet als dekking (Voordeel € 196.000 / zie ook toelichting nadeel onder lasten bij dit taakveld). | 196.000 | V | I |
6.1 Samenkracht en burgerparticipatie - Opvang ontheemden Oekraïne Voor de uitgaven in het kader van de opvang van vluchtelingen uit de Oekraïne is begin 2024 een raming gemaakt. Daarna zijn er voor enkele locaties transitievergoedingen aangevraagd. Deze hebben geresulteerd in een nadeel ten opzichte van de geraamde uitgaven van afgerond € 525.000. Dit nadeel wordt opgevangen door een hogere vergoeding vanuit het Rijk. Dit leidt bij de baten tot een gelijk voordeel. | -525.000 | N | I |
6.1 Samenkracht en burgerparticipatie - Opvang ontheemden Oekraïne Voor de opvang van vluchtelingen uit Oekraïne ontvangen wij een vergoeding van het Rijk op basis van een normbedrag. Het normbedrag is voor 2024 verlaagd van € 83 naar 61 per opvangplek per dag. Door deze verlaging moeten wij nu gebruik maken van de uitzonderingsbepaling. Op basis van deze bepaling kunnen wij de werkelijke kosten declareren bij het Rijk. | 525.000 | V | I |
6.1 Samenkracht en burgerparticipatie - Minderheden Er is in de begroting 2024 rekening gehouden met extra kosten voor de opvang en begeleiding Oekraïners die niet gedekt kunnen worden binnen de reguliere middelen. Voor de dekking van deze extra kosten is een bedrag onttrokken aan de bestemmingsreserve 'Opvang en begeleiding Oekraïners'. Er zijn geen extra kosten gemaakt, ten opzichte van de begroting is dit een voordeel van € 130.000. Tegenover dit voordeel staat ook het nadeel omdat er geen bedrag is onttrokken aan de reserve (zie ook toelilichting onder 0.10 onttrekkingen reserves). | 130.000 | V | I |
6.3 Inkomensregelingen - Minimabeleid. De kosten voor de uitvoering van het minimabeleid zijn lager. Deels door de indexering in 2024 en deels door m.n. lagere uitgaven voor de collectieve zorgverzekering. Het voordeel bedraagt € 93.000. | 93.000 | V | I |
6.3 Inkomensregelingen - Minimabeleid (tijdelijk energiefonds) In de 2e voortgangsrapportage is een inschatting gemaakt van de te verwachte lasten van de kosten voor uitvoering van het tijdelijk energiefonds. Hiervoor is een onttrekking aan de gelijknamige reserve geraamd van € 625.000. De werkelijke lasten bedragen € 738.000. Het nadeel bedraagt € 113.000. De hogere lasten zijn gedekt door een extra onttrekking voor hetzelfde bedrag (zie toelichting onder 0.10 onttrekkingen reserves). | -113.000 | N | I |
6.3 Inkomensregelingen - Inkomensvoorzieningen (BUIG/Bbz/Tozo) In het tweede halfjaar 2024 is sprake van een stijging in de uitgaven voor loonkostensubsidies en zijn de indexeringen over 2024 verwerkt. Ten opzichte van de tweede voortgangsrapportage (VGR) 2024 is sprake van hogere lasten (nadeel € 455.000). Daarnaast is de definitieve BUIG uitkering over 2024 vastgesteld door het Rijk. Per saldo bedraagt het voordeel op de BUIG t.o.v. de tweede VGR 2024 € 327.000. | -455.000 | N | I |
6.3 Inkomensregelingen - Inkomensvoorzieningen (BUIG/Bbz/Tozo) De hogere baten zijn een gevolg van de hogere vaststelling van het definitief door het Rijk vastgestelde BUIG budget 2024 t.o.v. het in april 2024 gepubliceerde voorlopig budget. Voordeel € 782.000. Voor de Tozo een nadeel van € 84.000 omdat we dit terug moeten betalen aan het Rijk. Per saldo een voordeel van € 698.000. | 698.000 | V | I |
6.3 Inkomensregelingen - Inkomensvoorzieningen (mutatie voorziening oninbare vorderingen) Na analyse van de werkelijke oninbare vorderingen van voorgaande jaren is gebleken dat het percentage oninbaar te hoog werd aangehouden. In de 2e voortgangsrapportage 2024 is daarom rekening gehouden met een correctie van de voorziening (oninbare vorderingen bij de RSD) voor een bedrag van € 450.000. In werkelijkheid bedraagt de correctie van het aanpassen van de percentages € 525.000. Dit is een voordeel van € 75.000. De mutatie op vorderingen, voorziening oninbare vorderingen en de terugbetalingsverplichting aan het Rijk in 2024 bedraagt € 255.000. Deze mutatie ramen we niet en betekent dan ook een nadeel in de jaarrekening 2024. Per saldo verantwoorden we een nadeel van € 180.000. Dit nadeel komt voor € 285.000 tot uiting op dit taakveld. Het overige voordeel van € 105.000 komt voornamelijk tot uiting op taakveld 6.71A. | -285.000 | N | I |
6.4 WSW en beschut werk - Sociale werkvoorziening Bij de afrekening over 2024 van de bijdrage per fte Wsw aan Scalabor B.V. is rekening gehouden met een lagere bijdrage. De lagere bijdrage is veroorzaakt door extra middelen van het Rijk voor behoud van de infrastructuur sociaal ontwikkelbedrijven en nog beschikbare coronacompensatie. Hierdoor kon het bedrag per fte Wsw worden verlaagd van € 2.338 naar 1.192. Het voordeel bedraagt € 140.000. | 140.000 | V | I |
6.5 Arbeidsparticipatie - Participatiebudget re-integratie Over de maanden november en december 2024 is een extra investering gedaan (nadeel € 108.000) door de inzet van re-integratiemiddelen om mensen aan het werk te helpen. Dit heeft ook geleid tot een vermindering van het BUIG-tekort. | -108.000 | N | I |
6.5 Arbeidsparticipatie - Activerend werk In het kader van activerend werk kunnen vanuit de zorg specifieke producten worden ingezet. In 2024 laat deze vorm van begeleiding een overschrijding zien van € 32.000 omdat er meer personen gebruik van hebben gemaakt. | -32.000 | N | I |
6.6 Maatwerkvoorzieningen (Wmo) - Voorzieningen De uitgaven voor WMO-voorzieningen (woonvoorzieningen, vervoersvoorzieningen en rolstoelen) laten een voordeel zien. Dit voordeel zien we met name bij de woonvoorzieningen (€ 218.000). Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door een laag aantal woningaanpassingen. | 245.000 | V | I |
6.6 Maatwerkvoorzieningen (Wmo) - Eigen bijdragen De eigen bijdragen voor de WMO laten een voordeel zien van € 87.000. Het aantal Wmo-voorzieningen is de laatste jaren gestegen. De eigen bijdrage is niet aangepast aan deze stijging. | 87.000 | V | S |
6.6 Maatwerkvoorzieningen (Wmo) - Invalidenparkeerkaarten De kosten met betrekking tot de invalidenparkeerkaarten laten een overschrijding zien (€ 33.000). Voor het grootste deel door veroorzaakt door de advieskosten. | -33.000 | N | I |
6.71A Wmo hulp bij het huishouden - zorgkosten Op het taakveld hulp bij het huishouden is een voordeel ontstaan van € 204.000 op een begroting van bijna € 7.400.000. Het grootste deel van dit voordeel wordt veroorzaakt door de jaarlijkse bijstelling van de voorziening dubieuze debiteuren (€ 114.000). De zorgkosten zelf laten een voordeel zien van € 90.000, vrijwel gelijk aan de raming. We zien nog steeds een stijging van de uitgaven voor huishoudelijke ondersteuning. Maar we zien nu dat de stijging in kosten vooral wordt veroorzaakt door de tarieven. We zien dat in het indiceren conform het HHM normenkader en goed kijken naar wat nodig is leidt tot een afzwakking van de kostenstijging. | 204.000 | V | I |
6.71B/C/D Wmo begeleiding en dagbesteding - zorgkosten De Wmo begeleiding is onderverdeeld in meerdere taakvelden. In deze verschilverklaring zijn deze samengeteld. Voor 2024 laten de uitgaven een negatief saldo zien. Ten opzichte van de begroting (€ 4.470.000) is € 282.000 meer uitgegeven. Dit nadeel wordt met veroorzaakt door een administratieve herverdeling van Wmo kosten in 2024, maar ook door toegenomen kosten voor zorgbemiddeling (de zogenaamde 'bemoeizorg'). | -282.000 | N | I |
6.72A/B/C/D Jeugdhulp begeleiding, behandeling en dagbesteding - zorgkosten De kosten voor jeugdhulp zonder verblijf zijn verdeeld over meerdere taakvelden. In deze verschilverklaring worden deze samengevoegd. Totaal is voor deze taakvelden een bedrag van € 7.100.000 geraamd. De kosten bedragen in totaliteit een bedrag van € 7.540.000. Een nadeel van € 440.000. | -440.000 | N | I |
6.72A/B/C/D Jeugdhulp begeleiding, behandeling en dagbesteding - zorgkosten Afgelopen jaar is gebleken dat een aantal zorgkosten, op basis van het woonplaatsbeginsel, niet voor rekening diende te komen voor de gemeente Zevenaar. De betaalde kosten zijn in rekening gebracht bij de juiste gemeente. Dit levert op deze taakvelden een voordeel op van afgerond € 177.000. | 177.000 | V | I |
6.72A/B/C/D Jeugdhulp begeleiding, behandeling en dagbesteding - uitvoeringskosten RSD De regionale sociale dienst (RSD) verricht voor ons een aantal diensten op het gebied van de jeugdhulp. Deze kosten worden doorbelast naar het taakveld 6.72A. Afgelopen jaar heeft de RSD voor een bedrag van € 67.000 meer doorbelast. | -67.000 | N | I |
6.73A/B/C Jeugdhulp met verblijf gezinsgericht / pleegzorg - zorgkosten De kosten voor jeugdhulp met verblijf zijn verdeeld over meerdere taakvelden. In deze verschilverklaring worden deze samengeteld. Voor jeugdhulp met verblijf is in 2024 een bedrag van € 9.050.000 geraamd. De uitgaven in 2024 bedragen € 7.700.000. Dit resulteert in een positief resultaat van € 1.350.000. Er is al langere tijd ingezet op zo min mogelijk jeugdigen in verblijf. Waar mogelijk wordt hier nadrukkelijk op gestuurd. We zien nu een positief beeld bij de kosten voor verblijf. We zien wel een (gewenste) verschuiving naar de kosten voor jeugdhulp zonder verblijf. | 1.365.000 | V | I |
6.73A/B/C Jeugdhulp met verblijf gezinsgericht / pleegzorg - zorgkosten Afgelopen jaar is gebleken dat een aantal zorgkosten, op basis van het woonplaatsbeginsel, niet voor rekening diende te komen voor de gemeente Zevenaar. De betaalde kosten zijn in rekening gebracht bij de juiste gemeente. Dit levert op deze taakvelden een voordeel op van afgerond € 75.000. | 75.000 | V | I |
6.74A/B/C Jeugdhulp GGZ en crisis - zorgkosten De taakvelden 6.74A t/m 6.74C zijn samengeteld in deze verschilverklaring. Het gaat hierbij om de kosten voor jeugdhulp GGZ, de crisis en landelijke opvang en gesloten plaatsingen. In totaal is hiervoor € 4.095.000 geraamd. De kosten zijn uitgekomen op € 4.821.000. Een financieel nadeel van € 726.000. Een deel van deze stijging is toe te wijzen aan het toegenomen aantal toewijzingen via de huisarts. | -726.000 | N | I |
6.81B Maatschappelijke- en vrouwenopvang - Veilig thuis De jaarlijkse bijdrage aan de stichting Veilig Thuis (via de VGGM) valt afgerond € 41.000 lager uit dan geraamd (€ 392.000). Dit wordt veroorzaakt door een hogere DUVO bijdrage (decentrale uitkering vrouwen opvang) die de gemeenten Arnhem en Ede hebben ontvangen en hebben bijgedragen aan Veilig Thuis. | 41.000 | V | I |
6.82A/B Jeugdbescherming en jeugdreclassering - zorgkosten Op deze taakvelden is een bedrag van € 1.274.000 geraamd. We zien dat de kosten in 2024 € 1.159.000 bedragen. Het financiële resultaat is € 115.000. De kosten zijn vrijwel niet te beïnvloeden omdat het vrijwel altijd wordt ingezet vanuit een rechterlijke uitspraak. | 115.000 | V | I |
0.10 Onttrekkingen reserves - reserve opvang en begeleiding Oekraïners Voor 2024 is een onttrekking geraamd van € 130.000 uit bestemmingsreserve opvang en begeleiding Oekraïners. Er zijn geen kosten gemaakt die niet gedekt kunnen worden binnen de reguliere middelen. Er hoeft daarom geen onttrekking plaats te vinden uit de reserve. Dit betekent ten opzichte van de begroting tot een nadeel van € 130.000. | -130.000 | N | I |
0.10 Ontrekkingen reserve - Tijdelijk energiefonds (voorheen noodfonds) De bestemmingsreserve is in 2024 ingezet voor dekking van de kosten voor uitvoering van tijdelijk energiefonds (voorheen noodfonds). In de 2e voortgangsrapportage is rekening gehouden met een onttrekking van € 625.000. In werkelijkheid is in 2024 een bedrag van € 738.000 ingezet. Het voordeel bedraagt € 113.000. | 113.000 | V | I |
0.10 Ontrekkingen reserve - Tijdelijk energiefonds (voorheen noodfonds) Deze bestemmingsreserve is in 2022 ingesteld door storting van € 2 miljoen uit de algemene reserve. Het resterend saldo na inzet in 2023 en 2024 bedraagt € 1.191.000 wordt toegevoegd aan de algemene reserve omdat het tijdelijk energiefonds ingesteld is voor de periode 1 juli 2023 tot juli 2024. | 1.191.000 | V | I |
Programma 6 Sociaal domein - Overige verschillen Naast de omschreven afwijkingen per taakveld zijn er diverse kleine verschillen (< € 25.000) die wij niet verder toelichten. | -101.000 | N | I |
7. | Volksgezondheid en milieu |
---|
7.1 Volksgezondheid en milieu - Volksgezondheid De bijdrage aan de gemeenschappelijke regeling VGGM is lager. Een deel van de kosten is verantwoord onder de specifieke uitkering 'versterking voor sport en bewegen, gezondheidsbevordering, cultuurparticipatie en de sociale basis 2023-2026'. Het overige voordeel betreft het uitgekeerde positieve resultaat over 2024 voor het onderdeel GGD. Per saldo bedraagt het voordeel € 81.000. | 81.000 | V | I |
7.1 Volksgezondheid en milieu - Volksgezondheid / Jeugdgezondheidszorg (SPUK Breed) De specifieke uitkering 'versterking voor sport en bewegen, gezondheidsbevordering, cultuurparticipatie en de sociale basis 2023-2026' (zgn. SPUK Breed) bedraagt ruim € 912.000 en is verdeeld over 15 onderdelen en diverse taakvelden binnen programma's 5, 6 en 7 (Sport, cultuur en recreatie/Sociaal domein/Volksgezondheid en milieu). De totale werkelijke lasten voor dit onderdeel/taakveld zijn aan het eind van het jaar bekend en bedragen € 228.000 (nadeel). Tegenover de werkelijke lasten wordt het daarvoor beschikbare deel van de SPUK Breed ingezet als dekking (zie ook toelichting voordeel onder baten bij dit taakveld). | -228.000 | N | I |
7.1 Volksgezondheid en milieu - Volksgezondheid / Jeugdgezondheidszorg (SPUK Breed) De specifieke uitkering 'versterking voor sport en bewegen, gezondheidsbevordering, cultuurparticipatie en de sociale basis 2023-2026' (zgn. SPUK Breed) van het Rijk bedraagt ruim € 912.000 en is verdeeld over 15 onderdelen en diverse taakvelden binnen programma's 5, 6 en 7 (Sport, cultuur en recreatie/Sociaal domein/Volksgezondheid en milieu). De totale werkelijke lasten voor dit onderdeel/taakveld zijn aan het eind van het jaar bekend en bedragen € 228.000. Tegenover de werkelijke lasten wordt het daarvoor beschikbare deel van de SPUK Breed ingezet als dekking (Voordeel € 228.000 / zie ook toelichting nadeel onder lasten bij dit taakveld). | 228.000 | V | I |
7.2 Riolering - Klimaatregelingen Het budget 'Klimaatadaptatie Maatregelen Gemeente Zevenaar 2024-2027', gericht op het nemen van fysieke maatregelen ter beperking van klimaatrisico’s, heeft wegens capaciteitstekorten en vertraagde coördinatie tussen de drie deelnemende gemeenten binnen de DPRA-werkregio De Liemers een achterstand ontwikkeld in de uitvoering. Als gevolg hiervan is een deel van het beschikbare budget in 2024 niet besteed. De samenwerking binnen de werkregio blijft gebaseerd op het oorspronkelijke uitvoeringsprogramma, waarin alle projectuitgaven zijn opgenomen. Derhalve wordt het restant budget van 2024, als aanvulling op het budget van 2025, opnieuw aangevraagd bij de eerste voortgangsrapportage van 2025. Bij de lasten een voordeel van € 57.000. | 57.000 | V | I |
7.2 Riolering - Elektriciteit De kosten zijn in totaal € 87.000 hoger. In 2024 is het budget voor elektriciteit verlaagd mede op basis van het voorschot en prijsdaling. Bij de eindafrekening blijkt dat er moet worden bijbetaald. Bij de lasten totaal een nadeel van € 87.000. | -87.000 | N | I |
7.2 Riolering - Onderhoud en reparaties (vrijverval en mechanische riolering) In 2024 zijn extra kosten gemaakt in verband met afwikkeling van calamiteit de Zwanenwaay in Babberich. Daarnaast meer reinigingen en inspecties van leidingen. Hiervoor en in verband met ziekte is extra capaciteit ingehuurd. Tevens zijn er meer onderzoekskosten gemaakt waaronder onderzoek verharding ' t Grieth. Bij de lasten een nadeel van € 225.000. | -225.000 | N | I |
7.2 Riolering - Opbrengst rioolheffing De opbrengsten riolering zijn een fractie hoger uitgevallen dan verwacht. Dit resulteert in een voordeel van € 61.000. Dit is 1,2 % van de totale begrote opbrengst. | 61.000 | V | I |
7.2 Riolering - Riolering Als gevolg van meer huisaansluitingen zijn de inkomsten hoger dan begroot. Totaal een voordeel bij de baten van € 19.000. | 19.000 | V | I |
7.2 Riolering - Mutatie voorziening In 2024 hebben we een positief resultaat behaald binnen riolering. Het voordeel uit de hogere opbrengsten rioolheffing en de vrijval voorziening belastingdebiteuren hebben we ten gunste gebracht aan de reserve. Het resterende resultaat is onttrokken aan de voorziening. Dit zorgt voor een voordeel van € 61.000. | 61.000 | V | I |
7.2 Riolering - Mutatie voorziening In de voorziening was een storting begroot van € 615.000. Op basis van de storting in de voorziening conform het watertakenplan (€ 297.000) die heeft plaatgevonden geeft dit een een nadeel van € 318.000. | 318.000 | N | I |
7.3 Afval - Afvalinzameling Dit wordt enerzijds voornamelijk veroorzaakt door de extra bijdrage die de RDL aan de gemeente vraagt (€ 163.000). Dit als gevolg van een hogere bijdrage aan het aanbiedstation. Voor 8 stromen zijn de verwervingskosten bij verwerkers gestegen, verder zijn er door burgers meer betaalde stromen ingeleverd dan begroot. Wat een versterkende werking heeft. Anderzijds wordt dit veroorzaakt door de per saldo hogere inzamelkosten (€ 34.000). Dit heeft betrekking op hogere kosten voor inzameling containers en GFT en lagere kosten voor huishoudelijk restafval en PMD. Bij de lasten totaal een nadeel van € 197.000. | -197.000 | N | I |
7.3 Afval - Afvalstoffenheffing Er is in totaal € 135.000 meer opbrengst afvalstoffenheffing (3,4 % van de begrote opbrengst) ontvangen dan verwacht. | 135.000 | V | I |
7.3 Afval - Reiniging inhuur derden De kosten van reiniging zijn als gevolg van extra inhuur in verband met ziekte hoger (zie ook baten). | -138.000 | N | I |
7.3 Afval - Reiniging inhuur derden De kosten van reiniging zijn als gevolg van extra inhuur in verband met ziekte hoger (zie ook lasten). | 138.000 | V | I |
7.3 Afval - Mutatie voorziening Er was oorspronkelijk een dotatie aan de voorziening afval geraamd van € 113.000. Door het negatieve resultaat op afval, mag er geen reserve gevormd worden. Dit geeft een voordeel van € 113.000. | 113.000 | V | I |
7.4 Milieubeheer - Tijdelijke regeling capaciteit decentrale overheden voor klimaat- en energiebeleid Door het Rijk zijn middelen beschikbaar gesteld voor het vergroten van de capaciteit voor de uitvoering van klimaat- en energiebeleid met als doel het behalen van de doelstellingen van de Klimaatwet. De belangrijkste reden dat de gerealiseerde lasten aanzienlijk lager uitvallen dan de begrote lasten is dat de implementatie van de Lokale Isolatieaanpak eerder in 2024 gepland stond. Door de complexe Europese aanbestedingsprocedure kon de feitelijke implementatie pas eind 2024 starten, waardoor een deel van de begrote kosten naar 2025 verschuift. Daarnaast is het aantal aanvragen binnen de regeling Aanpak Energiearmoede flink teruggelopen, waardoor de kosten in 2024 lager zijn uitgevallen. De gemeente werkt aan een plan om de doelgroep beter te bereiken en te ondersteunen, en om deze middelen alsnog in te zetten voor het doel waarvoor ze bedoeld zijn. Per saldo zijn de baten en lasten in de jaarrekening budgettair neutraal. Bij de lasten een voordeel van € 392.000. | 392.000 | V | I |
7.4 Milieubeheer - Uitvoeringsprogramma duurzaamheid 2023-2025 In het uitvoeringsprogramma duurzaamheid 2023-2025 was een bedrag van € 203.000 opgenomen voor 2024. De realisatie was € 91.000. De belangrijkste reden hiervoor is dat wij voor het stimuleren van energiebesparende maatregelen samenleving vanaf 1 juli 2024 een nieuwe samenwerking zijn aangegaan met Liemers Kunstwerk! voor de "Aanpak Energiecoaches". Het doel is de aanpak beter te positioneren en te verbreden, onder andere door fysieke ondersteuningspunten op te zetten in de bibliotheken van gemeente Zevenaar. De samenwerking startte door aanbestedingsverplichtingen pas in de tweede helft van 2024, terwijl dit oorspronkelijk vanaf begin 2024 gepland was. Hierdoor zijn bepaalde activiteiten nog niet uitgevoerd. Dekking van de lasten vindt plaats uit de bestemmingsreserve duurzaamheid. Per saldo zijn de onttrekkingen uit de reserve en de lasten in de jaarrekening budgettair neutraal. Bij de lasten een voordeel van € 112.000. | 112.000 | V | I |
7.4 MIlieubeheer - Aanpak energiearmoede Door het Rijk zijn middelen beschikbaar gesteld voor de aanpak energiearmoede. Deze middelen kunnen tot en met 2027 ingezet worden. Eind 2022 is hiervoor een plan van aanpak opgesteld waarin wij ons richtten op de inzet van energiefixers. In de praktijk blijkt het echter lastig om de doelgroep te bereiken. Daarom wordt in de eerste helft van 2025 een plan van aanpak opgesteld met aanvullende activiteiten om de doelgroep beter te ondersteunen bij het verlagen van de energierekening. Per saldo zijn de baten en lasten in de jaarrekening budgettair neutraal. Bij de lasten een nadeel van € 53.000. | -53.000 | N | I |
7.4 Milieubeheer - Tijdelijke regeling capaciteit decentrale overheden voor klimaat- en energiebeleid De uitvoering van de tijdelijke regeling capaciteit decentrale overheden voor klimaat- en energiebeleid wordt gedekt door een SPUK-uitkering. De resterende middelen worden overgeheveld naar 2025. Per saldo zijn de baten en lasten in de jaarrekening budgettair neutraal. Bij de baten een nadeel van € 392.000. | -392.000 | N | I |
7.4 Milieubeheer - Aanpak energiearmoede De uitvoering van de aanpak energiearmoede wordt gedekt door een SPUK-uitkering. De resterende middelen worden overgeheveld naar 2025. Per saldo zijn de baten en lasten in de jaarrekening budgettair neutraal. Bij de baten een voordeel van € 53.000. | 53.000 | V | I |
7.4 Milieubeheer - Energietransitie In navolging van het Klimaatplan 'Op weg naar een klimaatneutrale organisatie' wordt een gedragsstrategie opgesteld om de komende jaren bewustwording en duurzaam handelen onder medewerkers van gemeente Zevenaar te bevorderen. Door capaciteitsgebrek verschuiven deze werkzaamheden naar 2025. In 2024 een voordeel bij de lasten van € 15.000. Daarnaast zijn in 2024 diverse activiteiten georganiseerd om medewerkers van de gemeente Zevenaar te informeren over het transitiebudget. Dit heeft echter niet geleid tot aanvragen voor het gebruik van het budget voor extra verduurzamingsinvesteringen in bedrijfsvoering. Een voordeel bij de lasten van € 33.000. In totaal een voordeel bij de lasten van € 48.000. | 48.000 | V | I |
7.4 Milieubeheer - Duurzaamheidsbeleid In 2024 zijn in het kader van de 'Dialoog met de Samenleving' de straatgesprekken uitgevoerd en is een drietal dorpen/wijken geselecteerd om met de inwoners te komen tot een dorpsagenda. Nog niet alle prestaties zijn geleverd. Medio 2025 zullen de eerste resultaten gereed zijn. Daarnaast is in 2023 de campagne ZeveNaarMorgen gelanceerd om de transitie naar een duurzame samenleving dichter bij de inwoners te brengen en hen te activeren. Door capaciteitsgebrek zijn de geplande activiteiten voor 2024 niet gerealiseerd en verschuiven deze naar 2025. Per saldo een voordeel bij de lasten van € 32.000. | 32.000 | V | I |
7.5 Begraafplaatsen en crematoria - Begraafplaatsen De baten zijn in totaal € 71.000 hoger. Dit jaar is er meer uitgifte van nieuwe graven geweest en daarnaast is de achterstand met betrekking tot de verlengingen ingelopen. Bij de baten een voordeel van € 71.000. | 71.000 | V | I |
0.10 Onttrekkingen reserves - Uitvoeringsprogramma duurzaamheid 2023-2025 Op begrotingsbasis is rekening gehouden met een onttrekking uit de bestemmingsreserve duurzaamheid van € 203.000. De werkelijke onttrekking is € 91.000. Per saldo zijn de lasten en onttrekkingen budgettair neutraal. Bij de onttrekkingen een nadeel van € 112.000. | -112.000 | N | I |
0.10 Toevoeging reserves - Riolering Op begrotingsbasis is geen rekening gehouden met een toevoeging aan de reserve riolering. De werkelijke toevoeging € 238.000 is hoger. Hierdoor hebben we meer gestort in de reserve riolering. Bij de onttrekkingen derhalve een nadeel van € 238.000. | -238.000 | N | I |
0.10 Onttrekkingen reserves - Afval Op begrotingsbasis is rekening gehouden met een onttrekking van 126.000. De werkelijke onttrekking aan de reserve afval is hoger € 298.000. Bij de ontrekkingen een voordeel van € 172.000. | 172.000 | V | I |
0.10 Onttrekkingen reserves - Riolering Op begrotingsbasis is rekening gehouden met een onttrekking uit de reserve riolering van € 167.000. De werkelijke onttrekking € 175.000 is hoger. Hierdoor hebben we meer onttrokken uit de reserve riolering. Bij de onttrekkingen derhalve een voordeel van € 8.000. | 8.000 | V | I |
Programma 7 Volksgezondheid en milieu - Overige verschillen Naast de omschreven afwijkingen per taakveld zijn er diverse kleine verschillen (< € 25.000) die wij niet verder toelichten. | 40.000 | V | I |
8. | Volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en stedelijke vernieuwing |
---|
8.1 Ruimte en leefomgeving - Invoering Omgevingswet Voor de invoering van de Omgevingswet zijn ook middelen beschikbaar gesteld uit de algemene reserve. Begroot hiervoor was € 505.000. Daarnaast is in de meicirculaire 2024 € 189.000 opgenomen en in de 2e VGR 2024 begroot voor invoeringskosten Omgevingswet. De realisatie in 2024 bedroeg € 480.000. Eind 2024 resteert in de algemene reserve nog een bedrag van € 214.000. | 214.000 | V | I |
8.1 Ruimte en leefomgeving - Bestemmingsplan buitengebied Door personele onderbezetting is voor het bestemmingsplan Gelders Eiland gedurende het gehele jaar 2024 een adviseur ruimtelijke ordening ingehuurd. Ook overdracht na een personele wisseling, diverse aanpassingen, beantwoording van zienswijzen, afstemming met betrokkenen, verwerking van een provinciale zienswijze op archeologie en het mer-traject zijn oorzaak van de overschrijding op deze post. | -28.000 | N | I |
8.1 Ruimte en leefomgeving - Dorpendeal Lathum In november 2022 is de samenwerkingsovereenkomst dorpendeal "Lathum later" ondertekend. Deze overeenkomst vormt de basis voor samenwerking om de sociale cohesie van Lathum te versterken en vloeit voort uit een lokaal initiatief vanuit de Lathumse gemeenschap. De eerste fase dient te leiden tot een uitgewerkt plan met daarbij behorende investeringsbegroting. Hiermee is in 2023 een start gemaakt en in 2024 is hiermee verder gegaan. De provincie Gelderland heeft € 400.000 subsidie toegekend onder de voorwaarde van 50% co-financiering. Begroot voor 2024 was € 100.000. De realisatie was € 158.000. Een nadeel bij de lasten van € 58.000. | -58.000 | N | I |
8.2 Grondexploitatie (niet bedrijventerrein) - Grondexploitatie Zevenaar-Oost Wonen Ten behoeve van de jaarlijkse herziening van de grondexploitatie heeft een integrale doorrekening plaatsgevonden. Een en ander op basis van actuele marktontwikkelingen en een notitie parameters welke is vastgesteld op 11 maart 2025. Deze jaarlijkse herziening is vervat in de uitvoeringsrapportage grondexploitatie 2024. In deze uitvoeringsrapportage is het verwachte resultaat voor Zevenaar-Oost Wonen becijferd op negatief € 32.041.205 (excl. De Bem en De Tol) op basis van netto contante waarde (NCW) per 1 januari 2025. Ten opzichte van vorig jaar is dit een verslechtering van € 1.200.000 NCW. Echter mede door het sluiten van deelgrondexploitaties De Bem en De Tol, die samen een positief saldo hebben van € 2.034.000, resulteert dit per saldo in een verbetering van het resultaat van € 834.000 NCW. Voor deze verbetering kunnen de volgende oorzaken worden gevonden: 1. Het saldo voor overige opbrengsten heeft daarmee een positief effect van € 771.000. Dit wordt met name veroorzaakt door de extra overige opbrengsten uit de aansluitbijdrage warmtenet voor Het Hof. De grondopbrengsten in de grondexploitaties zijn bijgesteld op basis van tot stand gekomen overeenkomsten. Dit heeft een positief effect van € 8.000. In totaal een voordeel van € 779.000. 2. Enkele deelgrondexploitaties binnen Zevenaar-Oost Wonen zijn voor een groot deel woonrijp gemaakt. In deze deelgebieden heeft dit gezorgd voor gedeeltelijke vrijval van kosten die geraamd waren, maar niet meer benodigd zijn voor het bouwrijp maken. In de grondexploitaties is het budget behouden ten behoeve van het woonrijp maken. In totaliteit heeft dit een positief effect van € 1.386.000. 3. Vanwege langere procedures dan in het verleden verwacht werd, worden meer kosten gemaakt om het project tot een goed einde te laten komen. Deze vertraging heeft effect op de VTU- en plankosten. Dit heeft een nadelig effect van € 401.000. Deze extra kosten kunnen gecompenseerd worden met vrijgevallen budgetten binnen het project Zevenaar Oost Wonen. 4. De rente-effecten bedragen € 702.000 negatief. De hogere rentevoet (1,468% in 2025, 2,074% in 2026, 1,234% in 2027 en 2,033% in 2028 e.v. in plaats van 1,177% over alle boekjaren) heeft een negatieve uitwerking op deze verlieslijdende grondexploitatie. Dit wordt versterkt door het feit dat de verplichte discontovoet van 2% waarmee het resultaat contant wordt gemaakt in fluctuerende mate afwijkt van de rekenrente. 5. De percentages voor kosten- en opbrengstenstijging zijn geactualiseerd op basis van de uitgangspunten herziening grondexploitaties 1-1-2025. Een hoger percentage kostenstijging en een hogere percentage opbrengstenstijging leiden tot een negatief effect van € 7.000 wegens sterkere kostenstijging. 6. Er heeft een prijspeilcorrectie plaatsgevonden om de budgetten te actualiseren naar huidig prijsniveau. Dit levert een nadeel op van € 219.000. 7. De overige niet nader verklaarde verschillen bedragen per saldo € 2.000 nadelig. Dit komt door afrondingen op verschillende deelgrondexploitaties. | 834.000 | V | I |
8.2 Grondexploitatie (niet bedrijventerrein) - Grondexploitatie Babberich - Middag Oost & Zwanenwaay Ten behoeve van de jaarlijkse herziening van de grondexploitatie heeft een integrale doorrekening plaatsgevonden. Een en ander op basis van actuele marktontwikkelingen en een notitie parameters welke is vastgesteld op 11 maart 2025. Deze jaarlijkse herziening is vervat in de uitvoeringsrapportage grondexploitatie 2024. In deze uitvoeringsrapportage is het verwachte resultaat voor Middag Oost & Zwanenwaay berekend op negatief € 3.702.532 op basis van netto contante waarde (NCW) per 1 januari 2025. Ten opzichte van vorig jaar is dat een verbetering van €229.000 NCW. Voor deze verbetering kunnen de volgende oorzaken worden aangewezen: 1. De grondprijzen in deze grondexploitatie zijn aangepast op basis van de grondprijsbrief 2025 en onlangs tot stand gekomen overeenkomsten. Daarnaast zijn extra overige opbrengsten ontvangen uit bijdrage invulling openbaar gebied. Deze aanpassingen hebben een positieve uitwerking op de grondexploitatie van € 125.000. 2. De rente-effecten bedragen € 76.000 nadelig. De verplichte discontovoet van 2% (waarmee het grondexploitatieresultaat contant wordt gemaakt) wijkt de laatste jaren in fluctuerende mate af van de rekenrente. De hogere rentevoet (1,468% in 2025, 2,074% in 2026, 1,234% in 2027 en 2,033% in 2028 e.v. in plaats van 1,177% over alle boekjaren) heeft een negatieve uitwerking op deze verlieslijdende grondexploitatie. Het veranderende verschil tussen discontovoet en rekenrente werkt nadelig uit. 3. Deelgrondexploitaties Middag Oost is voor een groot deel woonrijp gemaakt. In dit deelgebied heeft dit gezorgd voor gedeeltelijke vrijval van kosten die geraamd waren, maar niet meer benodigd zijn voor het bouwrijp maken. In totaliteit heeft dit een positief effect van € 72.000 4. Er heeft een prijspeilcorrectie plaatsgevonden om de budgetten te actualiseren op het huidige prijsniveau. Dit heeft een positief effect van € 136.000. 5. De percentages voor kosten- en opbrengstenstijging zijn geactualiseerd op basis van de uitgangspunten herziening grondexploitaties 1-1-2025. Een hoger percentage kostenstijging en een hogere percentage opbrengstenstijging lijden tot een negatief effect van € 30.000 wegens sterkere kostenstijging. 6. De overige niet nader verklaarde verschillen bedragen per saldo € 2.000 voordelig. Dit komt door afrondingen op verschillende deelgrondexploitaties. | 229.000 | V | I |
8.2 Grondexploitatie (niet bedrijventerrein) - Grondexploitatie Vestersbos Ten behoeve van de jaarlijkse herziening van de grondexploitatie heeft een integrale doorrekening plaatsgevonden. Een en ander op basis van actuele marktontwikkelingen en een notitie parameters welke is vastgesteld op 11 maart 2025. Deze jaarlijkse herziening is vervat in de uitvoeringsrapportage grondexploitatie 2024. In deze uitvoeringsrapportage is het verwachte resultaat voor Vestersbos berekend op positief € 512.204 op basis van netto contante waarde (NCW) per 1 januari 2025. Ten opzichte van de openingsbalans is dat een verslechtering van € 37.000 NCW. Voor deze verslechtering kunnen de volgende oorzaken worden aangewezen: 1. De rente-effecten bedragen € 30.000 positief. De hogere rentevoet (1,468% in 2025, 2,074% in 2026, 1,234% in 2027 en 2,033% in 2028 e.v. in plaats van 1,177% over alle boekjaren) heeft een negatieve uitwerking. Echter door wijziging in percentages in verschillende jaren hebben afwijking van rentepercentages een positief effect. 2. Er heeft een prijspeilcorrectie plaatsgevonden om de budgetten te actualiseren op het huidige prijsniveau. Dit heeft een negatief effect van € 95.000. 3. De percentages voor kosten- en opbrengstenstijging zijn geactualiseerd op basis van de uitgangspunten herziening grondexploitaties 1-1-2025. Een hoger percentage opbrengstenstijging en een hogere percentage kostenstijging leiden tot een negatief effect van € 18.000. 4. De grondprijzen in deze grondexploitatie zijn aangepast op basis van de grondprijsbrief 2025. Deze aanpassingen hebben een positieve uitwerking op de grondexploitatie van € 46.000. | -37.000 | N | I |
8.3 Wonen en bouwen - Wonen Het was de verwachting dat in 2024 € 914.000 nodig zou zijn voor diverse onderdelen uit de woon-zorgvisie. Echter de realisatie laat in 2024 maar € 278.000 zien. Een voordeel bij de lasten van € 636.000. Dit verschil wordt met name veroorzaakt door vertraging in het project flexwoningen Reisenakker (als gevolg van complexiteit van de vergunningverlening en beschikbaarheid van productiecapaciteit bij de leverancier) en vertraging bij het wegzetten van de opdracht bij externe bureaus van de onderzoeken naar standplaatsen woonwagens. Tenslotte is de programmamanager Babberich integraal gebiedsgericht werken pas eind 2024 aangetrokken. In de planning was dit eerder opgenomen. | 636.000 | V | I |
8.3 Wonen en bouwen - Startersleningen De gemeente Zevenaar verstrekt steeds meer startersleningen. Dit is positief voor de mensen die starten op de koopwoningmarkt. Echter door dit succes stijgt de variabele beheersvergoeding over het saldo van de uitstaande leningen. Hier is in de begroting geen rekening mee gehouden. Wij komen voor de stijging met een voorstel in 2025. Een nadeel bij de lasten van € 35.000. | -35.000 | N | S |
8.1 Ruimte en leefomgeving - Dorpendeal Lathum In november 2022 is de samenwerkingsovereenkomst dorpendeal "Lathum later" ondertekend. Deze overeenkomst vormt de basis voor samenwerking om de sociale cohesie van Lathum te versterken en vloeit voort uit een lokaal initiatief vanuit de Lathumse gemeenschap. De eerste fase dient te leiden tot een uitgewerkt plan met daarbij behorende investeringsbegroting. Hiermee is in 2023 een start gemaakt en in 2024 zijn we hiermee verder gegaan. De provincie Gelderland heeft € 400.000 subsidie toegekend onder de voorwaarde van 50% co-financiering. Begrote subsidie voor 2024 was € 50.000. De realisatie was € 79.000. Een voordeel bij de baten van € 29.000. | 29.000 | V | I |
8.3 Wonen en bouwen - Omgevingsvergunningen en toezicht In de tweede voortgangsrapportage 2024 is de verwachting uitgesproken dat voor een bedrag van € 991.000 aan leges ontvangen zou worden. In werkelijkheid is € 1.015.000 ontvangen. Dit kan verklaard worden doordat in het vierde kwartaal 2024 meer omgevingsvergunningen zijn vergund dan eerder verwacht. Daarnaast zijn twee dwangsommen volledig voorzien in 2023. Als gevolg van mediation verwachten wij nu alsnog € 80.000 aan baten. Naast wat kleinere voordelen leidt dit in totaal tot een voordeel van € 114.000. | 114.000 | V | I |
0.10 Onttrekkingen reserves - Bestemmingsreserve woningbouw In de begroting is rekening gehouden met een onttrekking uit de bestemmingsreserve van € 914.000. Zoals bij 8.3 Wonen en bouwen - Wonen is aangegeven is die onttrekking in 2024 lager uitgevallen. Dit levert een nadeel op van € 636.000. | -636.000 | N | I |
Programma 8 Volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en stedelijke vernieuwing - Overige verschillen Naast de omschreven afwijkingen per taakveld zijn er diverse kleine verschillen (< € 25.000) die wij niet verder toelichten. | 26.000 | V | I |